Lente in de landschapstuin
In de lente is de landschapstuin op zijn mooist. In de oudste struwelen (nu vijf jaar oud) bloeit de meidoorn uitbundig en bij de noordoostelijke poel staat volop brem.
In de schemering hoorden we weer het schorre geroep van de boomkikker, terwijl in de noordwestelijke poel de bruine kikker haar eitjes heeft afgezet.
Op 16 maart vond landschapsbeheerder Ajit een kievitsei op het noordelijke deel van het land. Een goed teken voor de kwaliteit van de tuin, al schat Ajit de kans op succesvol broeden niet zo hoog in: daar is het terrein door het intensieve gebruik van de kinhinpaden, net te onrustig voor (het zuidelijk deel zou wat dat betreft een betere keuze zijn voor de kievit...).
Maar we zijn niet met alle dierenleven even gelukkig. Op twee fruitbomen werden ringelrupsen aangetroffen, die zich tegoed doen aan de blaadjes van de betreffende appelbomen waardoor de bomen zich niet verder kunnen ontwikkelen.
En ook de nachtvorst eind april deed de bomen geen goed. Afwachten dus of er dit jaar fruit geoogst kan worden!
Ook de moestuin komt weer op gang. Radijs en rucola kunnen we al oogsten. De sla moet nog wat verder groeien.
Daido werkt nergens zo graag als daar.