Suus Dharma Kala (Goddess – Moon of the fine arts) Scheller (1934) is beeldend kunstenaar en deeltijd psycholoog-psychotherapeut. Ze werkt vaak  met gezinnen en beeldende middelen. Suus is veelvuldig schenkster aan de Noorderpoort en deelneemster aan werkweken en daily life-sesshins.

Suus Scheller - Vliegende hond

Suus Scheller – Vliegende hond

Herinneringen aan Roshi

van Suus Dharma Kala Scheller

 

Rond 1980 kwam het zenboeddhisme mijn wereld binnen, dankzij het boekje van Nico Tydeman: Zitten, de praktijk van Zen. We oefenden in het culturele centrum de Kosmos aan de Prins Hendrikkade in Amsterdam. We deden er een prille sesshin. Een oudere vrouw vertelde me enthousiast, dat er nu ook een vrouw als zenleraar uit Amerika was gekomen. Jenny de Wit (later Jiun roshi), was haar meteen achterna gereisd naar Oostenrijk. Ik kreeg ook nog een beschrijving van zoiets opwindends als een koan. Iets met een blad dat naar beneden kwam. We kenden eigenlijk alleen maar mannen als zenleraren. Kort daarna konden we op de Tiltenberg, in Vogelenzang, ook met haar kennismaken. Elegant, poëtisch, krachtig en inspirerend was ze. Bovendien verbond ze een en ander ook met woorden uit de bijbel. Dat vond ik fijn. Wat mij verder vooral trof, was dat enkele verdwaalde narcissen op een kaal plekje na twee dagen zitten voor mij ineens van een intense schoonheid waren. Als beeldend kunstenaar vond ik dat extra fijn.

 

Daarna maakte ik opportunistisch gebruik van verschillende korte sesshins bij haar en bij Genpo en pater Lasalle. Met de koan Mu reisde ik ze beurtelings af. Roshi zei toen ik binnenkwam voor Dokusan: Hoe heet je? Ik zei: Mu. Dat gaf haar hoop en ze zei: Je zou eens een maand moeten zitten. Bij wie? De mannelijke energie in de sneeuw bij Genpo, of de vrouwelijke in de woestijn van Californië bij Prabhasa? Het werd de laatste.

Ik moest onbetaald verlof vragen en al mijn kostbare vakantiedagen eraan opofferen voor bijna vijf weken. Ik stelde me voor hoe Prabhasa mij met open armen zou opwachten bij aankomst, maar nee: ze was eerst nog drie dagen thuis in LA. Ik was teleurgesteld en ook wel kwaad. Na haar aankomst gingen we een uitstapje maken naar een natuurreservaat in de buurt. Ze hield daar een korte teisho over hoe de natuur zich aanpaste aan de ongewone omstandigheden van droogte en hitte. De eik had piepkleine eikeltjes en de bladeren waren verhard tot een soort hulstblad. Een ander boompje verloor in geval van nood in één keer zijn blad. Moraal: ze pasten zich aan de omstandigheden aan. Mijn kwaadheid gleed in verwondering van mij af. De andere deelnemers waren interessante, levendige types. Veel hoogopgeleide mannen en vrouwen wist ze te inspireren.

 

Thuis luisterde ik graag naar haar teisho’s op cassettebandjes in mijn atelier. Haar thema van het loslaten van je ego hielp me als beeldend kunstenaar om vrijer en lichter te schilderen. Ik had een thema van een hond die door een hoepel sprong, in een wijds, woestijnachtig landschap. Het verbeeldde voor mij de ervaring van een koan opgelost te hebben. De hoepel was de barrière van de koan, en als je terug op aarde kwam was de wereld niet veranderd, maar toch ook weer wél, doordat je zelf veranderd was. Het was een fijn inspirerend thema, waar veel mensen door geraakt werden. Helaas vond roshi het geen zenkunst. Tja.

 

Ergens in die periode werd roshi verschrikkelijk ziek. De kankeruitzaaiingen waren eigenlijk al te ver gegaan. Een arts die bij de operatie was, zei me dat ze hoogstens nog vijf jaar te leven had. Ze is toen veel actiever geworden om zenmonniken op te leiden en om de latere Jiun roshi te stimuleren in Europa een eigen centrum te stichten. Ik kreeg de indruk dat ze ook veel pijn had en dat ze haar lichtvoetigheid kwijt was geraakt.

 

De derde keer dat ik een maand in de woestijn was, zat ik dicht tegen een burn out aan en dat heeft mijn herinneringen gekleurd. Ik was ongeduldig en vond dat ik nu maar eens verlicht moest raken. Roshi doorzag niet dat dit geen goede invalshoek voor me was en gaf me een heel moeilijke koan. Verder adviseerde ze me niet om me heen te kijken naar de magistrale natuur, maar om alleen naar de grond te kijken. Daar werd ik zo somber van dat ik er gauw weer mee ophield.

 

Laten we eindigen met haar sprankelende, inspirerende kant. Het zonder voorbehoud manifesteren van jezelf toonde ze in het ensceneren van rituelen. Op Buddha’s Birthday schepten we met een soeplepel water met rozenblaadjes over een grote plastic babypop. Ze nodigde de dichter Alvaro uit om ons te leren dichten met heerlijke, onrationele beelden. Na een week stil zwoegen in de hitte nam ze ons mee naar de heerlijke warme minerale bronnen van Palm Springs om bij te komen. En zo kan ik nog een hele tijd doorgaan.